Nederlands » Spaans | 92 [tweeënnegentig] | Bijzinnen met dat 2

92 [noventa y dos] Oraciones subordinadas con que 2

Het ergert me dat je snurkt.	Me molesta que ronques.
Het ergert me dat je zoveel bier drinkt.	Me molesta que bebas tanto.
Het ergert me dat je zo laat komt.	Me molesta que vengas tan tarde.
Ik denk dat hij een arts nodig heeft.	(Yo) creo que (él) debería ir al médico.
Ik denk dat hij ziek is.	Creo que está enfermo.
Ik denk dat hij nu slaapt.	Creo que ahora está durmiendo.
Wij hopen dat hij met onze dochter trouwt.	(Nosotros) esperamos que (él) se case con nuestra hija.
Wij hopen dat hij veel geld heeft.	Esperamos que tenga mucho dinero.
Wij hopen dat hij miljonair is.	Esperamos que sea millonario.
Ik heb gehoord dat je vrouw een ongeluk heeft gehad.	Me han dicho que tu esposa ha tenido un accidente.
Ik heb gehoord dat ze in het ziekenhuis ligt.	Me han dicho que está en el hospital.
Ik heb gehoord dat je auto helemaal stuk is.	Me han dicho que tu coche está completamente destrozado.
Ik vind het fijn dat u gekomen bent.	Me alegro de que hayan venido (ustedes).
Ik ben blij dat u belangstelling heeft.	Me alegro de que tengan (ustedes) interés.
Ik ben blij dat u het huis wilt kopen.	Me alegro de que quieran (ustedes) comprar la casa.
Ik ben bang dat de laatste bus al weg is.	Me temo que el último autobús ya ha pasado.
Ik ben bang dat we een taxi moeten nemen.	Me temo que tendremos que coger / tomar (am.) un taxi.
Ik ben bang dat ik geen geld bij me heb.	Me temo que no llevo dinero.

Hoe gaan mensen twee talen in één keer leren

Vreemde talen worden tegenwoordig steeds belangrijker. Veel mensen leren een vreemde taal. Maar er zijn vele interessante talen op de wereld. Daarom gaan sommige mensen meerdere talen gelijktijdig leren. Het is meestal geen probleem wanneer kinderen tweetalig opgroeien. De hersenen gaan beide talen automatisch leren. Als ze groter zijn, weten ze waartoe elke taal behoort. Tweetalige mensen kennen de typische kenmerken van beide talen. Bij volwassenen is het anders. Ze kunnen niet zo gemakkelijk twee talen gelijktijdig leren. Wie twee talen gelijktijdig leren wil, moeten een paar regels in acht nemen. Allereerst is het van groot belang om beide talen te vergelijken. Talen die behoren tot dezelfde familietaal, lijken zeer veel op elkaar. Dit kan tot verwarring leiden. Daarom is het zinvol om beide talen precies te analyseren. Men kan bijvoorbeeld een lijst schrijven. Daar kunnen de overeenkomsten en verschillen opgeschreven worden. Zo moeten de hersenen zich intensief met beide talen bezighouden. Het onthoudt beter wat de specifieke kenmerken van de twee talen zijn. Ook moeten ze de eigen kleuren en dossier voor iedere taal kiezen. Dit helpt de talen duidelijk te scheiden. Het is anders wanneer u verschillende talen leert. Bij zeer verschillende talen is er geen gevaar voor verwarring. Er bestaat een risico dat de talen met elkaar vergeleken worden! Maar het zou beter zijn om de talen met de moedertaal te vergelijken. Wanneer de hersenen het contrast herkent, dan leert het efficiënter. Het is ook van groot belang dat de twee talen met gelijke mate geleerd worden. Theoretisch gezien maakt het de hersenen niets uit hoeveel talen hij leert...